Present |
Singular 1 ik kies2 jij kiest3 hij kiest | Plural1 wij kiezen2 jullie kiezen3 zij kiezen |
Past tense
|
Singular 1 ik koos2 jij koos3 hij koos | Plural1 wij kozen2 jullie kozen3 zij kozen | Perfect
|
Singular 1 ik heb gekozen2 jij hebt gekozen3 hij heeft gekozen | Plural1 wij hebben gekozen2 jullie hebben gekozen3 zij hebben gekozen | Future
|
Singular 1 ik zal kiezen2 jij zult kiezen3 hij zal kiezen | Plural1 wij zullen kiezen2 jullie zullen kiezen3 zij zullen kiezen | Past perfect
|
Singular 1 ik had gekozen2 jij had gekozen3 hij had gekozen | Plural1 wij hadden gekozen2 jullie hadden gekozen3 zij hadden gekozen | Future perfect
|
Singular 1 ik zal gekozen hebben2 jij zult gekozen hebben3 hij zal gekozen hebben | Plural1 wij zullen gekozen hebben2 jullie zullen gekozen hebben3 zij zullen gekozen hebben | Conditional
|
Singular 1 ik zou kiezen2 jij zou kiezen3 hij zou kiezen | Plural1 wij zouden kiezen2 jullie zouden kiezen3 zij zouden kiezen | Conditional perfect
|
Singular 1 ik zou gekozen hebben2 jij zou gekozen hebben3 hij zou gekozen hebben | Plural1 wij zouden gekozen hebben2 jullie zouden gekozen hebben3 zij zouden gekozen hebben |